Eid-ul-fitr (Suikerfeest)
Morgen, of maandag, dat is nog niet helemaal duidelijk, wordt door veel moslims in Nederland het “Suikerfeest” gevierd, of liever gezegd: “Eid-ul-fitr”. Suikerfeest is een naam die door de Nederlanders is gegeven en die de lading eigenlijk helemaal niet dekt. Zeker niet voor de manier waarop Nazia en haar familie het “Feest ter gelegenheid van het breken van het vasten” (de eigenlijke betekenis van Eid-ul-fitr) vieren. Dat er weer mag worden gegeten, na 30 dagen vasten tijdens de Ramadan, moge duidelijk zijn. Maar zeker bij deze Hindoestaanse familie bestaat dat eten niet uit alleen maar zoetigheden.
Nazia
Nazia is een schat van een vrouw, moeder van 3 kinderen (13, 5 en 2 jaar) en gastouder bij mijn Gastouderbureau Sproet. Zo kennen we elkaar ook. Ze is een fantastische gastouder die maar al te graag ook haar gastkinderen en hun ouders laat proeven van haar cultuur (letterlijk) en ze er tegelijkertijd niet mee wil lastig vallen. Zo bidt ze weliswaar vijf keer per dag, maar doet dat op momenten dat de kinderen er “geen last” van hebben. Ook staat ze maandelijks een percentage van haar inkomen af aan een goed doel. Aan de Ramadan heeft ze niet (volledig) mee gedaan, omdat ze niet wil dat haar opvang zou moeten lijden onder het feit dat zij minder energie heeft door het gebrek aan eten. Haar oudste zoon heeft wel mee gedaan met de Ramadan, maar tijdens zijn toetsweek ging hij er soepeler mee om. Hij moest zich nog wel kunnen concentreren. Hij is nog kind en heeft dus ook nog niet de plicht van het stricte meedoen, zoals volwassenen dat hebben.
Marokkaanse zoetigheden en Hindoestaanse hartigheden
Wetend dat Nazia gek is op koken en dus ook al weer druk in de voorbereidingen zit voor Eid-ul-fitr, wilde ik haar graag mee helpen en zo een beetje van haar kookkunst leren. Nazia’s familie is generaties geleden uit Pakistan naar Suriame geëmigreerd. Daar gingen zij deel uitmaken van de Hindoestaanse gemeenschap, maar ze bleven trouw aan hun geloof, de Islam. Het zijn dus Hindoestaanse moslims. “Maar onze familie is echt een smeltkroes van culturen. Zo vieren we Eid-ul-fitr dit jaar bij mijn zusje. Zij is afgelopen jaar getrouwd met haar Marokkaanse man en zijn familie komt uiteraard ook. Meestal nemen zij heel veel zoete hapjes mee en wij zorgen op onze beurt weer voor de meer hartige gerechten. Die zijn ook typischer voor onze cultuur.”
Nazia’s zusje heeft aan Nazia gevraagd of zij alsjeblieft haar beroemde sojakip en saté wil maken: “Mijn familie is altijd gek op mijn kip. Het is een combinatie van traditioneel Indiase en Surinaamse ingrediënten en ik geef daar mijn eigen Hollandse draai aan, zodat de kinderen het ook lekker vinden.”
Terwijl Nazia mij vanalles vertelt over de manier waarop zij en haar gezin dit jaar de Ramadan hebben doorgebracht en welke rol hun geloof verder in hun leven speelt en hoe ze dat vormgeven, krijg ik zoete balletjes en dadels aangeboden bij een kopje heerlijke thee. Nazia vertelt: “Ik heb de balletjes bewust doormidden gesneden, want ze zijn zo superzoet en vol suiker. Ik weet dat jij van gezond eten houdt, dus dan hoef je niet een hele te eten. Maar dat mag natuurlijk wel hoor! Dan moet je gewoon meer pakken! Ik kan ze zelf ook maken trouwens, maar deze heb ik gewoon gekocht. Net zo makkelijk, haha.” Die zoete balletjes heten “Gulab Jamun” en zijn zo zoet dat de suikersiroop langs mijn kin loopt als ik erin bijt. Maar ze zijn lekker!
4,5 kilo kip
Eenmaal in de keuken, krijg ik een schort en laat Nazi zien hoeveel kip ze heeft gekocht. 3 kilo kippenvleugels en ik schat zeker 1,5 kilo kipfilet. Halal uiteraard. Zulke grote kipfilets heb ik nog nooit gezien! De vleugels worden gewassen met azijn en water. “Wassen met azijn doen we alleen als er ook botten in het vlees zitten. Bij de kipfilet hoeft dat niet,” legt Nazia uit. Het feest morgen wordt een barbecue, dus we gaan de kip vooral marineren. Het heeft dan nog een dag de tijd om te trekken en daar wordt het alleen maar lekkerder van.
De kleur van de kip is het belangrijkst
Ik hak de knoflook (een hele knoflook, dus ik denk wel 12 teentjes!) en Nazia raspt de kenjur. Verder is Nazia vooral degene die alles bij de kip in de bak doet en het geheel omschept. Het is prachtig te zien hoe zeer zij op gevoel kookt. Bij de sojasaus (je moet echt deze specifieke sojasaus kopen, want die is het lekkerst en hij heeft zelfs een prijs gewonnen! Zie foto) is het vooral van belang dat de kleur van de kip goed wordt. “Wij koken vooral op kleur en geur. Kip zal bij ons nooit bleek zoals bij jullie (Hollanders),” vertelt Nazia lachend. “Hij is ofwel bruin, zoals nu, of rood van de tandoori bijvoorbeeld. Dat ga ik je de volgende keer leren maken, dat vind je ook vast lekker!”. En dus gaat er een aantal flinke scheuten sojasaus over de kippenvleugels, wordt er omgeschept en volgt er nog een behoorlijke scheut. Vervolgens gaat de knoflook er doorheen. Een behoorlijke eetlepel en dat ruikt natuurlijk al heerlijk. Als ook dat er goed doorheen geroerd is, haalt Nazia Surinaamse maggiblokjes uit haar rijkelijk gevulde kruidenkast. Ik ken maggiblokjes alleen om bouillon van te maken, maar in dit geval worden ze verkruimeld en over het vlees gestrooid. De kenjur wordt geraspt (niet teveel, anders smaakt het te sterk) wat voor een heerlijke geur zorgt en twee salam bladeren (soort laurierblad) worden er in hun geheel doorheen geroerd. Die haalt Nazia er weer uit als de kip bereid gaat worden. Als laatste komt de zwarte peper uit de kast. Waar ik altijd heel voorzichtig een snufje peper over het eten strooi, draait Nazia de strooidop van het potje af en schudt een flinke hoeveelheid uit over de kip. “Het moet wel lekker pittig zijn,” is haar argument. Na nog eens omscheppen en de kleur en geur beoordelen strijkt Nazia met haar vinger over de kip. “Mmm, ja perfect,” zegt ze trots.
Voor de saté volgt min of meer dezelfde procedure. Bij gebrek aan botjes in de kipfilet hoeft deze alleen gewassen te worden met water. En naast de kenjur, peper, knoflook, maggiblokjes en sojasaus wordt hieraan nog laos toegevoegd. Als bij het proeven blijkt dat er toch nog te weinig smaak aan het vlees zit doet Nazia ook nog wat ajino moto over de kipfiletblokjes: “Dat is een smaakversterker. Van zichzelf smaakt het heel bitter, maar als je het hier overheen strooit, versterkt het alle smaken.” Maar het blijkt ook nog niet zout genoeg. “Mijn moeder zei altijd al: ‘je kunt nog zoveel kruiden gebruiken, als je te weinig zout gebruikt, smaakt het alsnog nergens naar.’ Dat merk ik nu ook. Maar ik ben ook wel voorzichtig met zout hoor, want het moet wel gezond blijven.” Na nog wat extra zout is het helemaal zoals het moet zijn.
Pindasaus van de Albert Heijn
We rijgen de blokjes aan satéstokjes en leggen het vervolgens weg, zodat alle smaken er nog verder in kunnen trekken. Morgen op de barbecue zullen de smaken nog verder naar buiten komen volgens Nazia. En dan moet er nog satesaus bij. “Mijn moeder koopt bij de saté altijd ontzettend pittige pindasaus in de toko. Maar als ik die alleen al ruik springen de tranen in mijn ogen. Dus ik hou het gewoon bij een lekkere pindasaus die ik bij de Albert Heijn koop,” vertelt ze lachend.
Ik kijk nu al uit naar de heerlijke maaltijd, want ook bij ons gaan ze op de barbecue morgen. En de volgende kookdate staat al gepland: dan worden het kindvriendelijke mie en de Gulab Jamun (zoete balletjes).
De recepten van deze twee kindvriendelijke (afhankelijk van de hoeveelheid peper), Hindoestaanse kipgerechten vind je hier. En er volgen er meer, want Nazia zal haar kindvriendelijke, exotische recepten blijven delen via Antropomo.